Hoeveel vrouwen zouden er verkracht worden zonder dat ze het weten?

“Hoeveel vrouwen zouden er verkracht worden zonder dat ze het weten?” “Iedere vrouw” zeg ik.

We liggen samen in bed en ik voel me rauw. Al een paar weken ligt er een stuk voor me klaar waar ik naar toe mag voelen. Een klein stuk, voel ik, een brok wat blijft steken in mijn keel, waardoor ik me onzeker voel, snel aangevallen, voel dat me onrecht wordt aangedaan, onmachtig. Het gaat voorbij het denken, analyseren. Ik voel me klein, breekbaar. En dat kleine en breekbare verschijnt ook hier in bed.

Mijn lijf vouwt zich naar binnen. Zoals een kind met een vouwblaadje. Alsof iemand langs de middellijn van mijn lijf zijn nagels haalt om zeker te stellen dat het ingepakt en ingekapseld kan worden.

Jij raakt mijn borstkast aan en de koud zet zich in. Je handen klinken hard, met al hun zacht. Je voelt het. Je maakt ruimte voor mij en je blijft.

Hoe vaak zou die ander dat niet door hebben? Niet voelen dat de ander vertrekt? Zich opvouwt en in een klein hoekje schuil houdt. Of het wel voelt, maar met eigen lust er overheen stapt en daarmee een stukje kapot maakt zoals een lichtgevend breekstaafje, gebroken. Want teruggaan naar daarvoor gaat niet meer. Het hart van de één verhard, de afstand tussen beiden vergroot.

Hoe vaak zou het voorkomen dat de ander schrikt van het kleine en het bange in de ander en dan vertrekt? Onzeker wordt en gaat. Denkt dat het met hem (of haar) te maken heeft. Zodat er meer gedoe komt, kleren aan. Deur dicht, voor elkaar.

En het enige wat nodig is. Is blijven. Nabij zijn bij elkaar in liefde. Bewust van het kleine, bewust van het grootte. Met alles wat spannend is. In alle onzekerheid samen zijn. Zodat opnieuw bewegen mogelijk is. Intimiteit.

Als je je ergens laat raken, laat het in verbinding zijn.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *